Onze behandeling
Voor dit onderzoek hoeft u zich niet speciaal voor te bereiden, u mag ook gewoon normaal blijven eten en drinken. U mag ook de medicijnen die u normaal gebruikt, blijven innemen. Let wel goed op als u bloedverdunners gebruikt. U kunt Acetylsalicylzuur/Carbasalaatcalcium (aspirine/ascal) blijven gebruiken, maar dat geldt niet voor Acenocoumarol, Fenprocoumon, Clopidogrel en Dipyridamol. Daar moet u tijdelijk mee stoppen. Doe dit wel altijd in overleg met de arts die u deze medicijnen heeft voorgeschreven, en nooit op eigen initiatief. Mocht stoppen niet mogelijk zijn, dan kunt u het beste opnieuw overleggen met de arts die de N.A.C.D. voor u heeft aangevraagd.
U kunt zich op het afgesproken tijdstip melden bij de balie van de afdeling Radiologie, zodat we u zoals gepland kunnen gaan helpen. Zorg dat u uw ingevulde screeningsformulier meeneemt.
Op de afdeling wordt u begeleid door een laborant die u uitlegt hoe de behandeling zal verlopen. U neemt plaats op de onderzoekstafel en als eerste kijken we met behulp van echografie waar in de schouder de kalk zich precies bevindt. De radioloog ontsmet en verdooft de schouder. Door meerdere malen de kalk aan te prikken met een naald, wordt de kalk zo klein mogelijk gemaakt zodat het makkelijker door het lichaam opgenomen kan worden. Ter afsluiting van de behandeling krijgt u nog een ontstekingsremmend middel ingespoten. Dit middel begint na twee tot drie dagen te werken. Hoewel de schouder zoveel mogelijk verdoofd is, kan het aanprikken van de kalk toch pijnlijk zijn. U kunt altijd de radioloog een seintje geven als u te veel pijn voelt. Hij dient dan wat meer verdovingsvloeistof toe.
Na behandeling kunt u de gedurende de eerste twee dagen meer pijn gaan voelen. Dat is vervelend, maar geen reden om u ongerust te maken. Heeft u er veel last van, dan kunt u, naast de pijnstiller die u meekrijgt, maximaal driemaal per dag 1000mg paracetamol innemen. Daarnaast kunt u tot drie weken na de behandeling nog restklachten hebben. Het ontstekingsremmend medicijn kan bijwerkingen veroorzaken: een warm aanvoelend gezicht gedurende een paar dagen en opvliegers of verstoring van de menstruatie bij vrouwen.
Heeft u andere klachten of problemen, neem dan contact op met het Contact Centrum Maartenskliniek (CCM), telefoonnummer (024) 365 96 59.
U kunt na afloop van het onderzoek meteen naar huis, maar zelf autorijden raden wij af. En ook als u met het openbaar vervoer reist, is het verstandig om een begeleider mee te nemen.
Van uw behandelend arts krijgt u een recept mee voor een pijnstiller, waar u bij thuiskomst meteen mee start. U mag vanaf het begin alle bewegingen maken die u normaal gesproken ook maakt.
Wanneer u met een ontstekingsremmer bent ingespoten en u heeft diabetes, dan is ons advies om gedurende enkele dagen uw bloedsuiker een paar keer per dag te controleren, in verband met kans op schommelingen.
U wordt na ongeveer zes weken weer bij uw behandelend arts verwacht voor een poliklinisch bezoek en een bespreking van het resultaat. Daarvoor krijgt u ruim op tijd een schriftelijke uitnodiging thuisgestuurd.