print
Een infectie is aan te tonen door materiaal uit het bot of gewricht te verzamelen en op kweek te zetten. Dit kan materiaal zijn van een gewrichtspunctie (er wordt vocht uit het gewricht gehaald) of van een (kijk)operatie (via een (kijk)operatie worden stukjes weefsel afgenomen rondom het gewricht).
Niet elke bacteriesoort groeit even snel, daarom kunnen we pas na 12 dagen definitief beoordelen of er echt geen sprake van een infectie is. De meeste agressievere bacteriën waar we mee te maken hebben groeien in de eerste 5 dagen. Voor de minder agressieve bacteriën blijven de kweken voor de zekerheid nog bijna een week langer in de kweekstoof staan.
In de meeste gevallen vindt de microbioloog de bacterie. Toch is het soms nodig om meerdere keren materiaal voor een kweek te verkrijgen. De ontstekingswaarden in het bloed zijn namelijk niet altijd verhoogd. In moeilijke gevallen werken de orthopeed, internist en microbioloog nauw samen om toch nog een bacterie te vinden.